Er zijn verschillende mogelijkheden om gebruik te maken van de Basisvaardigheden, hieronder worden de drie meest voorkomende manieren besproken:
Situatie 1: Zelfstudie en opbouw portfolio
Situatie 2: Zelfstudie en summatieve toets
Situatie 3: Zelfstudie, inzet lessen, opbouw portfolio, summatieve toets
Situatie 1: Zelfstudie en opbouw portfolio
Na het maken van de activatievragen is het startniveau voor de studenten inzichtelijk. Dit vormt de basis voor verdere training in het programma. Het doel is om alle Basisvaardigheden op 100% te behalen op het gewenste doelniveau.
De resultaten van de student kun je zelf uitdraaien in het studentvolgsysteem. Meer informatie vind je in dit artikel: Waar vind ik de oefenresultaten van mijn studenten?
Hoe ga je van start?
- Laat studenten eerst het gewenste doelniveau kiezen (3F- of 4F-niveau voor Nederlands of B1-, B2- of C1-niveau voor Engels).
- Laat de studenten vervolgens de activatievragen maken.
- Vervolgens kunnen zij per onderdeel naar 100% toewerken.
- Na verloop van tijd bekijk je de resultaten in het studentvolgsysteem.
- Optioneel: Laat de studenten een reflectieverslag schrijven.
- Zodra de student alles op 100% heeft behaald (en optioneel een voldoende heeft voor zijn reflectieverslag), is de module succesvol afgerond.
Situatie 2: Zelfstudie en summatieve toets
Na het maken van de activatievragen is het startniveau voor de studenten inzichtelijk. Dit vormt de basis voor verdere training in het programma. Het is aan de student om zich gedegen voor te bereiden op de summatieve toets. De opleiding bepaalt welk niveau wordt getoetst en met welke normering, waarbij Hogeschooltaal een standaard heeft.
Het programma biedt summatieve toetsen op alle genoemde niveaus en biedt ook voor al deze niveaus oefentoetsen, die te vinden zijn in de oefenomgeving. Deze toetsen zijn gebaseerd op dezelfde toetsmatrijs als de officiële toetsen, waardoor studenten die als meetinstrument kunnen gebruiken voordat ze de summatieve toets maken.
Nadat studenten de summatieve toets hebben behaald volgens de normering van Hogeschooltaal, kun je een officieel Hogeschooltaalcertificaat uitreiken. De normering voor de toetsen Nederlands is: minimaal 80% voor het onderdeel werkwoordspelling én minimaal 80% gemiddeld voor de 4 onderdelen van de Basisvaardigheden. Voor Engels geldt op alle niveaus een normering van minimaal 80% als totaalresultaat.
Hoe ga je van start?
- Plan de summatieve toets alvast in
- Plan een intaketoets in en laat de studenten deze maken.
- Laat studenten de activatievragen maken en zich voorbereiden op de toets door in de oefenomgeving aan de slag te gaan.
- Monitor tussentijds het oefengedrag van de studenten en stimuleer de studenten om te blijven oefenen voor de summatieve toets.
- Studenten kunnen ter voorbereiding de oefentoetsen maken in het programma of je kunt een formatieve toets inplannen.
- De studenten maken de summatieve toets op de datum en het tijdstip zoals ingepland. Na afloop van de toetstijd hebben studenten 24 uur inzage.
- De resultaten kun je direct na de toets uitdraaien in het studentvolgsysteem.
Situatie 3: Zelfstudie, inzet lessen, opbouw portfolio, summatieve toets
De wijze van inzet is een belangrijke indicator voor het bepalen van studiesucces, waarbij een goede begeleiding essentieel is. Situatie 3 is dan ook de effectiefste manier van inzet die leidt tot significant hogere resultaten. Voor zelfstudie, opbouw portfolio en summatieve toetsen geldt de eerder beschreven inzet. Hogeschooltaal kan in de lessen begeleid worden door studenten zelfstandig aan de slag te laten gaan en aanvullend uitleg te geven over de onderdelen waar studenten moeite mee hebben. Ook zijn klassikale uren prima te besteden voor het maken van formatieve toetsen en het evalueren hiervan.
Hoe ga je van start?
- Plan de summatieve toets alvast in.
- Plan een intaketoets in en laat de studenten deze maken.
- Laat studenten de activatievragen maken en zich voorbereiden op de toets door in de oefenomgeving aan de slag te gaan.
- In de les werkt de student de helft van de tijd zelfstandig in het programma. De resterende tijd kan gebruikt worden om ingestuurde vragen te beantwoorden, de studenten een oefentoets te laten maken of les te geven over knelpunten in de theorie.
- Monitor tussentijds het oefengedrag van de studenten en stimuleer de studenten om te blijven oefenen voor de summatieve toets.
- Studenten kunnen ter voorbereiding de oefentoetsen maken in het programma of je kunt een formatieve toets inplannen.
- De studenten maken de summatieve toets op de datum en het tijdstip zoals ingepland. Na afloop van de toetstijd hebben studenten 24 uur inzage.
- De resultaten kun je direct na de toets uitdraaien in het studentvolgsysteem.
Wist je dat we ook een uitgebreide module Schrijfvaardigheden hebben? Voor meer informatie over het inzetten van deze module, zie het artikel Hoe kan ik de module Schrijfvaardigheden inzetten?
Opmerkingen
0 opmerkingen
U moet u aanmelden om een opmerking te plaatsen.